Flames is nu vol op stoom

Flames is nu vol op stoom

[x_dropcap]D[/x_dropcap]e rollende trein is inmiddels vol op stoom. Alcmaria Flames groeit nog wekelijks en begint vanaf komend weekend met liefst vijf teams aan de competitie. Het onder 14-team heeft de primeur. Zondag spelen zij om 10.15 uur de allereerste officiële ijshockeywedstrijd ooit in Alkmaar.

Met ook nog eens drie Amsterdamse teams die hun wedstrijden in De Meent gaan spelen wordt het druk op het Alkmaarse ijs. Iets wat initiator Norbert van Leyen toen hij met enkele gelijkgestemden aan het avontuur begon, niet had durven denken. “En het enthousiasme blijft enorm groot. Je ziet vooral dat er heel veel animo is voor recreatief ijshockey. En er komen inmiddels spelers uit Hoofddorp, Haarlem, Amsterdam. Er is zelfs een meisje dat twee keer in de week uit Almere hier naartoe komt.”

Het jongste lid is vijf jaar, de oudste in de 70. “Die was mee naar een ijshockeykamp in Tsjechië, waar we met veertien man heen zijn geweest. “Eigenlijk is zes jaar overigens de ondergrens.” Maar wat doe je als er een vijfjarige komt die niets liever wil dan ijshockey spelen? Dat kun je niet weigeren.”

Een snelgroeiende club vraagt uiteraard ook het nodige van de organisatie, beseft de voorzitter zich maar al te goed. “Want we willen in de eerste plaats vooral een stabiele club worden, waar plezier het allerbelangrijkste is. Dan kun je niet blijven draaien op een minikern van drie, vier man. Dan dreig je het overzicht te verliezen. Maar we krijgen gelukkig veel hulp aangeboden van mensen met een ijshockeyhart.”

Alcmaria Flames traint in de ijshal ven De Meent.
Zondag wordt daar voor het eerst een competitiewedstrijd gespeeld.

Gastvrij

Een verklaring voor het succes van de club, heeft de Bergenaar wel. Hij werd erop gewezen door een oude bekende. “Toen ik twee jaar geleden in Amsterdam weer bij de sport betrokken raakte, viel het me op dat het erg elitair was geworden. Met sommige mensen van toen heb ik nog steeds contact. En een van hen zei tegen me dat dat verwaande juist in Alkmaar ontbrak. Dat hier de pure geest van ijshockey hangt. Het moet laagdrempelig en gastvrij zijn en blijven. “En zo kan het ook voorkomen dat spelers van andere clubs naar Alkmaar komen. “Al is dat niet ons doel. Wij vragen niemand, maar de deur staat open. Wat wij willen is vooral samenwerken. Zowel met andere ijshockeyclubs als met andere clubs in De Meent, want je hebt hier een wereldplek. Dus het zou mooi zijn als daar een soort synergie uit zou ontstaan.”

De toename van actieve spelers zorgde ervoor dat Flames inmiddels al meer dan twintig uur in de week ijs huurt. “Maar dat betekent ook dat je inmiddels met een begroting moet werken waarin je gewoon een klein bedrijf bent. Dus we zijn blij dat we inmiddels al wat sponsors hebben en zijn druk bezig om er nog meer bij te vinden. Daarnaast zijn we aan het kijken of we bij de overheid iets kunnen bewerkstelligen, al is het maar een symbolisch gebaar. Als een soort erkenning.”

Van Leyen prijst zich gelukkig dat Nederlands bekendste ijshockeyer Ron Berteling zich aan de club blijft verbinden. “Hij heeft het hier ontzettend naar zijn zin en dat zien wij als een enorm mooi compliment. Het is iemand met een heel klein ego en een enorm groot hart.”

Progressie

De insteek voor komend seizoen zal sportief bescheiden blijven. “Elke doelpunt zullen we zo ongeveer beschouwen als een overwinning”, vertelt Van Leyen lachend. Maar met het aanwezige trainersarsenaal zal er zeker progressie geboekt moeten gaan worden. “En dat jongens van 14,16 jaar die nu nog door leeftijdsgenoten voorbij geschaatst worden, gaan denken: ik ga ze proberen in te halen. Sommige ontwikkelen zich heel snel. Dat je denkt: gaat dit ooit wat worden en dat ze een tijdje later gewoon prima mee kunnen.’

Bron: Noord-Hollands Dagblad d.d. 13-10-2017. Tekst: Robin Kaandorp. Foto: Martin de Haan.

[x_share title=”Deel dit bericht” facebook=”true” twitter=”true” google_plus=”true” linkedin=”true” pinterest=”true” reddit=”true” email=”true”]

Leave a reply